Paarden van Marrum vast op een dobbe
De drukke en eenzame momenten van een leider
De leider in deze crisis is de lokale burgemeester Wil van de Berg. Er komt in een hele kort tijd veel op hem af; Hij moet een crisisteam opzetten en dit team heeft communicatiemiddelen, onderdak, eten en drinken nodig. De politie, brandweer, dierenarts, landschapsbeheer en waterstaat wordt ingeschakeld. Adviezen worden ingewonnen van weer- en waterdeskundigen. De veearts rapporteert om het aantal uur hoe het met de paarden gaat. Hij neemt contact op met de Commissaris der Koningin, Ed Nijpels, die neemt weer contact op met de minister van Defensie. Het leger wordt ingeschakeld. Er worden door een dan nog onbekende politieke partij, de Partij voor de Dieren, kritische vragen aan minister Veerman gesteld. Deze partij doet ook meteen aangifte tegen boer Piet.
Er wordt een fonds opgericht om de dieren te kopen. Duizenden euro’s worden gestort op de rekening van het fonds voor redding van de paarden op de dobbe. Lokale tot internationale media doen continu verslag van dit tragedie op dat moment. Veel mensen staan op de dijk om dit met hun eigen ogen te zien. En dan zijn er nog meer dan 120 vrijwilligers die de dieren proberen te voeren, warm te houden en van vers drinkwater te voorzien. Iedereen kijkt naar burgemeester Van de Berg. Na de eerste uren ontstaat de onrust, die omslaat naar ongeduld en woede. Boer Piet wordt op de dijk uitgescholden en bedreigd. De burgemeester en zijn lokale crisisteam worden incompetentie verweten. Het vraagt van deze leider om in een korte tijd alles te overzien en te handelen.
“Geef jij ruimte aan helden in jouw organisatie?”
De redding door dames met expertise op het juiste gebied
Een goede leider geeft iedereen de ruimte
Velen zien de burgemeester niet als de grote held en misschien terecht: het was de veearts Marten de Vries die met gevaar voor eigen leven en met zijn eigen handen een veulen heeft gered en telkens weer in een klein bootje stapte en naar de dobbe voer. Maar ook vrijwilligster Norma Miedema die de dieren persoonlijk verzorgde met drinken en warme dekens. En het waren de moedige ruiters, waarvan zes de tocht hebben ondernomen naar de dobbe. Zonder deze heldinnen was de redding niet geslaagd. Maar het was tegelijk de leider, de burgemeester die vanuit de achtergrond deze en andere helden de ruimte gaf. En zo gaat dat vaak bij leiderschap. Hij ondersteunt en geeft weliswaar richting, maar zelden boekt de leider zelf een concreet resultaat. Leiders worden na afloop meestal geen helden genoemd. Het gaat zelfs vaak mis als leiders zelf ook helden willen worden. Vele grote leiders gingen zonder roem ten onder doordat ze vanuit hun zelfoverschatting en narcisme alle eer naar zichzelf wilden toe halen. Alexander de Grote negeerde zijn adviseurs na zijn zoveelste overwinning en stierf in overmoed door een gifbeker. Napoleon strandde met duizenden soldaten door zelfoverschatting in een verschrikkelijke winter in Rusland. Als leiders goden worden, is hun val vaak nabij. Het risico van zelfoverschatting is aanwezig. Leiderschap, eer en applaus doet iets met het ego van de leider. Een leider die niet alleen goed contact heeft met zijn omgeving, maar ook contact houdt met zichzelf en kritisch reflecteert op zijn innerlijke processen, geeft helden de ruimte in plaats van dat hij zelf de held gaat uithangen.
Hoeveel ruimte geef jij aan helden in jouw organisatie?